De muzikale toekomst……

Op 13 september jl. stond in de Telegraaf een mooi opiniestuk van Simon Reinink, algemeen directeur van het Concertgebouw, en Jaap van Zweden, topdirigent en violist. Hoewel mooi, de inhoud was niet zo mooi. De titel van het stuk luidde “Nederland heeft sterke muzikale positie verkwist”. In het stuk werd beschreven hoe Nederland inmiddels van toonaangevend muziekland met topmuzikanten is verworden tot een land wat de aansluiting met de internationale muzikale top heeft verloren. En dan hebben we het niet over popmuzikanten, maar over orkestmuzikanten. Bij twee internationale top jeugdorkesten waren welgeteld nog twee Nederlanders te vinden. Op de Nederlandse conservatoria zitten inmiddels meer buitenlandse studenten dan Nederlandse studenten.

Als belangrijkste oorzaak hiervoor wordt het gebrek aan muziekonderwijs aangevoerd. De afgelopen decennia is hier zodanig op bezuinigd dat de hele muziekonderwijsstructuur onderuit is getrokken. Muziekscholen hebben de deuren moeten sluiten, muzieklessen op basisscholen moesten noodgedwongen worden afgeschaft en privé-muziekonderwijs is voor velen onbetaalbaar. Hierdoor komen er ten eerste minder leerlingen op muziekles, maar ten tweede, als er één bij zit die de ambitie heeft om er zijn of haar beroep van te maken, wordt het steeds moeilijker, zo niet onmogelijk, om de aansluiting te maken van de amateursector naar de professionele sector. Simpelweg omdat ze door buitenlandse muzikanten worden ingehaald die wel alle gelegenheid krijgen om zich te ontwikkelen tot beroepsmuzikant.

Noodklok

Een professionele carrière is niet voor iedereen weggelegd, maar het begint wel bij een amateurorkest. En ook die krijgen het steeds moeilijker. Begin van het jaar kwam de mededeling dat het Tamboercorps Volendam moest stoppen vanwege te weinig leden en geen nieuwe leerlingen. Veel mensen reageerden geschokt, want ze zijn toch wel een begrip in het dorp. Veel mensen kwamen ook naar leden van het fanfarecorps om te vragen hoe dit nu kon. Niet iedereen weet dat het tamboercorps en het fanfarecorps twee verschillende verenigingen zijn. Veel mensen dachten dan ook dat het fanfarecorps ook was gestopt.

Nee, gelukkig kan het fanfarecorps nog door. Maar de vraag is wel: Hoe lang nog? Ook bij het fanfarecorps loopt het niet storm met nieuwe aanmeldingen en wij hebben ook te maken met vergrijzing van een deel van het ledenbestand. Bij een optimistisch scenario kunnen we nog zo’n 10 tot 15 jaar vooruit. Dan is 1/3e (12 leden) van het huidige ledenbestand (35 leden) met pensioen. Het aantal leden wat dan nog overblijft is niet voldoende om als volwaardig fanfarecorps te kunnen blijven bestaan. De nieuwe leden die er momenteel bij komen zijn kinderen van zittende leden en hele directe familieleden. Maar dat aantal is onvoldoende om op termijn de uitstroom op te kunnen vangen. Bovendien zijn het vrijwel alleen maar dames die er bij komen en die staan niet te springen om op een zware bas, tuba of baritonsaxofoon te gaan spelen. En die instrumenten zijn wel onmisbaar in een blaasorkest.

Bij veel andere muziekverenigingen in het dorp lijkt de situatie niet veel beter te zijn. Bij de meeste popkoren, kerkkoren en klassieke koren loopt de gemiddelde leeftijd ook steeds verder op en komen er onvoldoende jongere leden bij. Als deze situatie niet wijzigt voorzie ik in dezelfde periode van 10 tot 15 jaar een flinke verschraling van het cultuuraanbod in onze gemeente. We zullen het dan moeten doen met een paar bandjes die er tegen die tijd misschien nog zijn, want ook daar zat nog niet zo lang geleden de klad in. Voor een dorp als Volendam, waar we er altijd prat op gaan en door de rest van Nederland worden bewonderd dat er zoveel muzikaliteit in de genen zit, zou dat toch een trieste ontwikkeling zijn.

5 voor 12

Het klinkt misschien wat dramatisch als ik zeg dat het 5 voor 12 is, maar feitelijk is dat wel wat het is. We kunnen er nu nog voor zorgen dat er een muzikale toekomst is met een breed cultuuraanbod. Dan zal er wel meer aandacht moeten komen voor opleidingen voor een muzikale hobby.

Het Tamboercorps is nog niet helemaal ter zielen. De vereniging bestaat nog en een aantal leden wil nog proberen om dit weer nieuw leven in te blazen, maar vooralsnog zullen we bij de eerstvolgende sinterklaasintocht een tamboercorps van buiten het dorp moeten invliegen.

Het fanfarecorps kan nog wel even vooruit, net als de meeste koren. Maar er zal wel wat moeten gebeuren om ze in leven te houden. Anders wordt het heel stil tijdens sinterklaasintocht, Koningsdag, dodenherdenking, Volendammer weekend en allerhande jubilea en festiviteiten waar we nu nog jaarlijks bij komen spelen. Het is nu al lastig om de lopende optredens te blijven doen wegens gebrek aan jongere leden op de zwaardere instrumenten.

Gelukkig heeft de gemeente de handschoen nu opgepakt en zijn ze begonnen met projecten te steunen die gericht zijn op deelname van inwoners aan sport en cultuur. Het fanfarecorps zal binnenkort ook met een dergelijk project gaan starten. Tegen die tijd zal daar meer informatie over verschijnen.

We willen wel een beroep doen op de politiek, scholen en de gemeenschap om met z’n allen de schouders eronder te zetten om te zorgen dat de verenigingen nieuwe leden krijgen zodat ze voor de toekomst behouden zullen blijven. Dat is namelijk heel hard nodig. En als het eenmaal weg is komt het niet zo snel meer terug, zeker niet zoiets als een fanfarecorps. Dus jong, of iets minder jong, meld je aan en gun jezelf een geweldig mooie hobby! Informeer ook eens bij de leden!

Met name willen we aan de ouders vragen om de focus niet alleen op sport te leggen. Niet iedereen kan topsporter worden. Denk ook eens aan een muziekopleiding. Muziek maken is ontzettend goed voor de ontwikkeling van kinderen. Het heeft een positieve werking op de hersenen (verbindingen maken), is goed voor het leren concentreren, aanleren van discipline, ontwikkeling van de fijne motoriek, leren lezen van muziek en je te uiten en presenteren in het openbaar. Op oudere leeftijd lijkt het een positieve uitwerking te hebben bij het voorkomen van hersenziektes. En het samen spelen met anderen is ontzettend goed voor de sociale ontwikkeling. Het geeft enorme voldoening om samen een mooi muziekstuk te zingen of te spelen. En mocht het niet je eigen kind zijn, maar die van de buren die op een instrument speelt, geniet er dan van in plaats van te klagen over geluidsoverlast. Het is voor een goed doel en op termijn worden er heel veel mensen blij van. En dat beetje (mooie) geluid ben je dan allang weer vergeten.

Fanfarecorps Wilhelmina